Eindterm ICT:
De leerlingen gebruiken ICT op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier.

Situering beweging:
1. Kinderen experimenteren met en bekwamen zich in de uitdrukkingsmogelijkheden van hun lichaam.

    1.2. De kinderen ervaren en exploreren verschillende houdingen en bewegingen.
4. Kinderen worden zich bewust van hun identiteit en van hun inlevingsvermogen.
    4.2. De kinderen kunnen een bewegingsverhaal uitbeelden.
    4.3. De kinderen kunnen een eenvoudig bewegingsverhaal opbouwen.

Activiteit:
De leerlingen worden in groepen verdeeld.
Ze krijgen per groepje een verhaal en een fotocamera.
De opdracht is dat ze een fotoroman maken, hierbij moeten ze het verhaal weergeven met zelfgemaakte foto's.
De leerlingen zullen hiervoor het verhaal in stukjes moeten uitbeelden terwijl er telkens iemand een foto neemt.

Verantwoording:
Bij deze opdracht is het belangrijk dat de leerlingen gaan samenwerken, hiervoor zullen ze een duidelijke takenverdeling nodig hebben. Voor deze taak krijgen ze 50 minuten, dus zullen ze gedurende het hele lesuur hun aandacht bij de opdracht moeten houden anders geraakt deze niet af. Elk groepslid heeft de verantwoordelijkheid om zorg te dragen voor de fotocamera dwz dat de leerlingen hierbij technische en instrumentele kennis, vaardigheden en attitudes ontwikkelen.